Blootstelling aan hormoonverstorende stoffen kost Europa jaarlijks miljarden euro's

 

De blootstelling aan hormoonverstorende chemische stoffen kost Europa jaarlijks vele miljarden euro's. Deze stoffen komen onder meer voor in voeding, voedingsverpakkingen, bestrijdingsmiddelen, cosmetica en synthetische kleding. De ziektekosten bedragen minimaal mogelijk 46 miljard euro en in het meest pessimistische scenario zelfs 288 miljard euro, toont een meta-analyse van de Universiteit Utrecht in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. "Hoog tijd dat overheden verdere beleidsmaatregelen nemen om de blootstelling aan deze stoffen te verminderen", stellen de Utrechtse onderzoekers Ingrid Rijk,

 

Majorie van Duursen en Martin van den Berg, auteurs van het rapport.

Het rapport geeft een overzicht van ziektebeelden die in bestaande literatuur in verband worden gebracht met blootstelling aan hormoonverstorende stoffen en de kosten voor de samenleving. Het gaat om ruim tachtig aandoeningen, uiteenlopend van obesitas, diabetes, onvruchtbaarheid, borst- en teelbalkanker tot aan verlies van IQ. "De verstoring van de hormoonhuishouding treedt vaak op na blootstelling als het lichaam nog in ontwikkeling is, dus als foetus of als jong kind”, zegt Martin van den Berg, hoogleraar Toxicologie bij het Instituut for Risk Assesment Sciences (IRAS) van de Universiteit Utrecht.

 

Toename van allergieën
De grootste kosten lijken voort te komen uit neurologische (gedrags)ziektes, zoals AD(H)D en autisme, en metabole ziektes, zoals obesitas en diabetes. De auteurs concluderen dat er te weinig informatie beschikbaar is om een kostenschatting te maken voor immuun-gerelateerde ziektes door hormoonverstorende stoffen. "Daar moet meer aandacht voor komen, zeker gezien de toename in immunologische ziektes, zoals allergieën", zegt Van den Berg. "Hormoonverstorende stoffen spelen daarbij mogelijk een rol. Toch verplicht de huidige wetgeving niet tot het testen van chemische stoffen op metabole, neuro- en immunotoxische effecten."

De onderzoekers vergeleken en combineerden eerder gepubliceerde studies waarin de kosten zijn berekend van ziekten door hormoonverstorende stoffen. Ondanks verschillende benaderingen van deze studies, komen de kostenschattingen redelijk goed overeen. Ook brachten de auteurs aanvullende kosten voor drie ziektebeelden in kaart, te weten endometriose, neuraalbuisdefecten en astma. In totaal namen zij kostenschattingen mee voor zestien van de ruim tachtig geïdentificeerde ziektebeelden.

Beter inzicht in ziektekosten
De auteurs benadrukken dat er nog veel onzekerheden zijn rond deze kostenschattingen. Vooral op het gebied van oorzakelijke verbanden tussen deze stoffen en genoemde ziektes blijkt in de wetenschap nog veel discussie te zijn. De auteurs geven echter geen waardeoordeel over deze oorzakelijke verbanden. In de schattingen van de ziektekosten zijn naast directe zorgkosten als behandelingen en medicijnen ook indirecte kosten meegenomen, zoals productiviteitsverlies. En voor sommige ziektebeelden ook immateriële schade, zoals verloren levensjaren.

"De kostenschatting bestaat dus slechts voor een deel uit werkelijke kosten die de maatschappij maakt. Dit rapport laat echter duidelijk zien dat de ziektekosten in Europa door hormoonverstorende stoffen zelfs met het meest optimistische scenario mogelijk enorm kunnen oplopen", besluit Van den Berg. "Deze studie is met name bedoeld om de overheid een beter inzicht te geven bij het prioriteren van beleidsmaatregelen voor kostenreductie en verder onderzoek naar het oorzakelijk verband tussen hormoonverstorende stoffen en verschillende ziektebeelden."

Lees hier het volledige rapport:
Health cost that may be associated with Endocrine Disrupting Chemicals: an inventory, evaluation and way forward to assess the potential socio-economic costs of EDC-associated health effects in the EU